Rudy Vannevel en Els Willaert bij enkele bomen die klaarliggen voor verzending

Willaert levert planten voor de Olympische Spelen

Bedrijfsleider Rudy Vannevel tussen de bomen

Eind februari verscheen in de pers dat boomkwekerij Willaert een contract binnenhaalde om planten te leveren voor de Olympische en Paralympische Spelen in Parijs. Dat leek ons meer dan reden genoeg voor een gesprek met bedrijfsleider Rudy Vannevel over het hoe en waarom van deze opdracht.

“WE LEVEREN ALLES WAT DE GROENPROFESSIONAL NODIG HEEFT”

Rudy maakt ons eerst wegwijs in boomkwekerij Willaert. Zijn schoonvader wijlen Noël Willaert (met wie ik meer dan twintig jaar geleden nog samenwerkte toen hij voorzitter was van Webos en Europlantshow) startte in de jaren zestig samen met zijn vrouw Maria als groenteteler. In de jaren tachtig schakelde hij over naar boomkwekerij en koppelde daar een cash & carry aan, wat toen een revolutionair concept was. Daarmee beleverde hij tuinaannemers en tuincentra in de regio. En die regio werd steeds ruimer. Groeien en continue vernieuwing zijn niet toevallig de voornaamste streefdoelen van Rudy en Els. Vandaag hebben ze 115 medewerkers. Rudy vertelt dat hij de vijfde medewerker was toen hij in 1989 startte. 

Warehouse management

De groothandel verloopt via levering bij de klant of op de werf en is vooral gericht op Frankrijk en België. Maar ze hebben ook klanten in Luxemburg, Italië, Duitsland, Finland, Noorwegen en Zwitserland. De klanten van de cash & carry zijn vooral tuinaannemers, tuincentra en openbare besturen. Er is ook een webshop waar ze kunnen kiezen of ze hun bestelling laten leveren of zelf afhalen. “We verkopen alles wat in de bestelwagen van een tuinaannemer kan liggen.” Behalve bomen en planten zijn dat onder meer ook plantpalen, potgrond, antiworteldoek en allerlei werktuigen.
Rudy liet me het verkoopproces aan den lijve ondervinden. De klant krijgt bij aankomst een sleutel met code waaraan zijn aankopen gekoppeld worden. Met die sleutel kan hij een elektrisch aangedreven mini-bestelwagen starten waarmee hij kan rondrijden in de cash & carry en inladen wat hij nodig heeft. Alle plantengroepen hebben een eigen QR-code en staan binnen hun productgroep alfabetisch geordend.
Tijdens onze rondrit geraak ik onder de indruk van het ruime assortiment. Behalve bomen, heesters en vaste planten merk ik ook visueel aantrekkelijke producten. Rudy vertelt dat ze in het voorjaar ook perkplanten verhandelen. Hij schat dat ze zowat 5.000 variëteiten hebben, waarvan 2500 in de cash & carry en een goeie 40.000 productcodes. “Het zoeken naar planten en bestellingen is zeer arbeidsintensief, maar daar brengen we binnenkort verandering in.” Zelf heeft Rudy een systeem met productcodes uitgewerkt om alles te kunnen bijhouden. Maar dat bereikte zijn grenzen. Bestellingen die binnenkomen of klaar staan moeten nog manueel genoteerd en later verwerkt worden in het computersysteem. Zoon Tuur werkte na zijn studies twee jaar voor een bedrijf dat WMS-systemen implementeert (warehouse management systems). “Hij bereidt alles voor om vanaf deze zomer over te schakelen op een WMS. We moeten dan alle partijen gewoon inscannen en kunnen nadien volgen hoeveel planten het precies zijn, waar ze staan en uiteindelijk wanneer ze aan wie geleverd zijn.”

Olympische Spelen

Voor de projecten rond de Olympische Spelen komt Hans Vanhoenacker erbij zitten. Hij vertelt dat de Olympische Spelen in Parijs zullen leiden tot een groot stadsvernieuwingsproject in de voorstad Saint-Denis. De faciliteiten van de spelen worden nadien omgevormd en geïntegreerd in moderne woonwijken in een groene omgeving. Willaert leverde eerder ook al planten voor ZAC Landy-Pleyel, een groot urbanisatieproject in Saint-Denis met een mix van wonen en werken. “We konden goed samenwerken met de Deense architect Henning Larsen omdat hij luisterbereid was en we samen naar oplossingen konden zoeken. We hebben bijvoorbeeld geadviseerd om niet overal dezelfde plantencombinaties te voorzien, maar in te spelen op verschillen in lichtomstandigheden.”  
Voor de Olympische Spelen ging het om het atletendorp en het persdorp. “En we leverden ook 1.000 Euonymus japonicus ‘Green Spire’ voor een beplanting onder de Olympische vlam. Voor een aantal van die projecten waren de verantwoordelijke tuinarchitecten klant bij ons. Maar ze zijn vooral bij ons terechtgekomen omdat wij de ervaring hebben om wilde planten te telen en dat project ook aandurfden.” De spelen van Parijs hebben de ambitie om de meest ecologische spelen ooit te worden en dat moet ook tot uiting komen in de beplanting. “Alle planten dienden in een afbreekbare pot geleverd te worden. En de architecten hebben naast de struiken en vaste planten die we leverden, ook enorm veel wilde planten geïntegreerd.” Wilde en eetbare planten blijken de passie te zijn van Hans. “Het resultaat is veel minder voorspelbaar. Voor sommige soorten hebben we zelf veel testen gedaan. We hebben zo vroeger al heel rare vragen gekregen, zoals voor paardenbloemen, zevenblad en zelfs brandnetels. Bij sommige vragen reageer ik dat die specifieke planten er ook wel spontaan zullen komen. Het zijn vooral planten met bijvoorbeeld zwaardere zaden die daar niet spontaan geraken, die we moeten introduceren. Denk aan de wilde hyacint (boshyacint). En het resultaat is niet te voorspellen. Bepaalde soorten kunnen na enkele jaren gaan domineren en de rest wegconcurreren.” Daarom pleit Hans voor intelligent weeding. “Je moet soorten, zoals Stinkende Gouwe, in de hand houden om te vermijden dat ze gaan woekeren. Maar dat vergt veel plantenkennis van de mensen die het onderhoud doen.” Wat volgens Hans ook zeker meespeelt in het project, is de Franse cultuur om elke plant precies op de voorziene plaats te willen zetten. “Vergelijk het met de formele tuinen van Versailles. Hier in Vlaanderen richten we ons veel meer op de Engelse landschapsstijl en durven we sneller in massieven te zetten.” Over Versailles wist Hans overigens ook nog te vertellen dat ze daar 100.000 buxussen zullen leveren voor de nieuwe ‘broderie’, de als figuur uitgewerkte Franse lelie. “We hebben gekozen voor de ziekteresistente Buxus ‘Renaissance’.” Dat is een Belgische variëteit van BetterBuxus. Het wordt dus uitkijken naar de spelen deze zomer. Hopelijk krijgen we een of meerdere van die projecten in beeld.
 

Toekomst

Het viel me op dat enkele van de medewerkers waarmee we in gesprek geraakten tijdens onze tocht door het bedrijf, er al heel lang werkten. Rudy vertelt dat velen op de werkvloer begonnen zijn. “Doordat we groeiden, kregen ze de kans om verantwoordelijkheden op te nemen, wat dan weer ruimte creëerde voor andere medewerkers.” We hadden het ook nog over Rudy zijn projecten voor de toekomst. Het eerste wat hij noemde was de invoering van het WMS-systeem, waar Tuur mee bezig is. Dochter Matilde volgt alle betalingen op en beheert de personeelszaken van alle arbeiders. Met het oog op de toekomst hebben Rudy en Els samen met hun kinderen een familiecharter uitgewerkt. “We hebben om de twee maanden een overleg over het bedrijf met onze drie kinderen. We hadden altijd al de ambitie om niet stil te vallen en te blijven investeren om een bedrijf uit te bouwen dat overneembaar is, ook door externen. Maar uiteraard hoop ik wel dat onze kinderen overnemen. Mijn schoonvader Noël heeft ons het voorbeeld gegeven. Die was 59 toen hij ons het bedrijf overliet.”

Rudy, Els en hun kinderen die meewerken in het bedrijf

Wie is Rudy Vannevel?

Rudy Vannevel studeerde landbouw en was voorbestemd om landbouwer te worden, maar de liefde besliste daar anders over. Met het oog op opvolging begon hij na zijn studies te werken in boomkwekerij Willaert die toen nog geleid werd door zijn toekomstige schoonvader Noël. In 1998 nam hij samen met zijn vrouw Els het bedrijf over en bouwde het verder uit. Vandaag werken ook zoon Tuur en dochter Matilde mee in het bedrijf. Hun jongste zoon Eli kiest voorlopig voor een zelfstandige carrière buiten de boomkwekerij.