Kiest de consument voor duurzaamheid?
Een marktonderzoek dat de Belgische Tuincentra Vereniging (BTV) eind september presenteerde op Green Expo bekeek hoe de consument tegenover duurzaamheid staat en wat tuincentra daarvoor moeten doen.
Patrick Dieleman
Duurzaamheid scoort bijzonder laag bij de aankoopcriteria die de consument hanteert bij zijn aankopen in het tuincentra. Dat blijkt ook uit andere gerelateerde vragen die over dit thema werden gesteld.
Wat is duurzaamheid precies?
Toch geeft de helft van de respondenten aan dat ze duurzaam tuinieren; in Wallonië zelfs iets meer. De belangrijkste reden om het niet te doen, is ‘onvoldoende informatie’. Slechts een heel kleine minderheid vindt het te duur. Maar algemeen is de bereidheid om meer te betalen voor duurzaamheid toch beperkt. Een kwart van de respondenten wil er niet extra voor betalen, een derde wil tot maximaal 10% meer betalen en nog eens 15% van de deelnemers gaat tot maximaal 20%. Opvallend is ook dat de bevraagden de term ‘duurzaam tuinieren’ heel verschillend invullen. De meest voorkomende duurzame activiteit is ‘het opvangen en hergebruiken van regenwater’, gevolgd door ‘het gebruik van ecologische producten’, ‘het plaatsen van vogelkastjes en bijenhotels’ en ‘geen onkruidverdelgers gebruiken’. Enigszins bedroevend is dat een veertigtal tuinbezitters vindt dat ‘onkruid verdelgen met azijn of javel’ een duurzame actie is.
Het is dan wel opmerkelijk dat ‘informatie om de eigen tuin duurzamer te maken’ het hoogst scoort op de vraag welke informatie tuincentrumbezoekers zoeken. Daarna volgen ‘algemene informatie’, ‘productinformatie’ en ‘de voordelen van een product’. Het minst goed scoren ‘de investeringskost’ en ‘de terugverdientijd’, wat overeenkomt met de betrekkelijk lage invloed van de prijs in het aankoopproces (zie het artikel in S&G 9). Informatie wordt vooral online gezocht. Specifiekere informatie zoekt men in de eerste plaats op de websites van natuurverenigingen en pas daarna op die van tuincentra of kwekers.
Hilde Lissens: "Onze duurzaamheidsroute leidt klanten ook naar afdelingen en producten die minder aandacht krijgen."
Thomas Claes: "Op ons klimaatplein verzamelen we tips over hoe men ecologischer kan tuinieren."
Verpakking
Verpakking speelt een belangrijke rol in duurzaamheid. Bij Lissens wordt er niet meer standaard verpakt. “Tijdens de covid-pandemie zijn we volledig gestopt met verpakken. Dat veroorzaakte een schok. Daarom bieden we nu een tussenoplossing aan. Verpakken kan als extra service waarvoor betaald moet worden. Zo komt er meer tijd vrij voor advies. Het blijft belangrijk dat we de klanten de voordelen uitleggen voor hen en voor het milieu. Een belangrijk punt in deze is het ‘opvoeden’ van de medewerkers.” Bij Tuincenter Claes wordt geen cellofaan meer gebruikt. “De grootste vooruitgang verwachten we van onze leveranciers, bijvoorbeeld door planten minder per stuk te verpakken. Willen we de hoeveelheid verpakking verminderen, dan moet heel de sector zich daarachter scharen.” Ellen ziet ook een rol voor de overheid om de consument bewust te maken. Volgens Veronique moet vernieuwing van onderaf komen. “Ik zie heel veel kleine projecten, waarin we een stap vooruit kunnen zetten. Als we allemaal een steen verleggen, dan kunnen we de loop van de rivier veranderen. Wachten op de overheid kan te lang duren. Dit is voor ons ook een investering in marketing. Op de lange termijn moeten we meegaan, want we kunnen als tuincentrum niet achterblijven.” Ze wijst er ook op dat investeren in duurzaamheid niet onrendabel hoeft te zijn. “Neem bijvoorbeeld onze zonnepanelen. En we hebben ondergrondse wateropvang aangelegd, ook voor de plantentafels. Daar hebben we enorm veel voordeel uit gehaald tijdens de warme zomers.” Beide ondernemers merken wel dat duurzamere producten een kostenplaatje hebben. Om die reden lukt het niet om enkel en alleen voor duurzame producten te kiezen. Als ondernemer moet je daarom een goeie mix zoeken.